Het is verstandig om ervoor te zorgen dat je auto goed bestand is tegen slechte weersomstandigheden. Als bestuurder heb je daar veel invloed op. Zorg er daarom altijd voor dat je ruim zicht hebt rondom de auto. Door het slechte weer is het immers al lastig genoeg om te zien wat de andere weggebruikers doen. Er zijn ook de nodige preventieve maatregelen die je aan de buitenzijde van de auto kunt nemen. Daarmee kan worden voorkomen dat kwetsbare onderdelen in je auto kapot gaan.
Beslagen ramen
Beslagen ramen zijn gevaarlijk, want ze belemmeren het uitzicht. Je kunt als bestuurder veel doen om te voorkomen dat de ramen helemaal dicht gaan zitten door condens. Eén van de beste methoden is ervoor te zorgen dat de ramen aan de binnenzijde goed schoon zijn. Door het rijden en door het ventilatiesysteem zal zich in de loop van de tijd vet op het raam gaan afzetten. Door het vet kunnen ze snel beslaan. Het schoonmaken van de ramen moet je natuurlijk doen als de auto stil staat. Tijdens het rijden, vooral tijdens regen, heb je alle aandacht nodig voor het besturen van de auto.
Airco
Als je een airco of een volautomatische klimaatregeling in de auto hebt, is dat een effectief systeem om beslagen ramen snel weer helder te krijgen. Zet de ventilatie op volle sterkte met de airco aan. Daardoor wordt het vocht uit de lucht gehaald en verdwijnt de aanslag op de ramen. Bij een volautomatische klimaatregeling kun je de bedieningsknop op ontwasemen zetten. Dat heeft hetzelfde effect. Een airco en de ventilatie die op volle kracht aan staan werken erg snel. Meestal heb je al na een paar minuten weer volledig zicht.
Natte kleding
De binnenkant van de ramen in de auto kunnen snel beslaan door vochtige dingen in de auto. Daarom wordt aangeraden om, als je in een plensbui naar de auto loopt, de natte jassen en de paraplu’s in de kofferbak te leggen. Daar is het kouder dan binnen in de auto, waardoor het water minder snel verdampt. De kleding blijft dan langer nat, maar je hebt tijdens het rijden geen hinder van het beslaan van de ruiten.
Afvoer van regenwater en sneeuw
Tijdens autoritten bij heftige buien of sneeuwval is het cruciaal dat het water van de voor- en achterruit zo snel en zo goed mogelijk weg kan. Het is belangrijk dat je ruitenwissers dan in een goede conditie zijn. Controleer dus regelmatig of de rubbers niet verdroogd zijn of dat het rubber is beschadigd. Als dat het geval is kun je ze het beste laten vervangen. Een vuile voorruit kan ook een belemmering zijn om het regenwater snel weg te wissen. Maak de voorruit daarom regelmatig schoon, vooral als de auto vaak onder bomen geparkeerd wordt.
Watervangbak
De watervangbak is de ruimte tussen de voorruit en het compartiment waar de motor zit. Water van de voorruit valt in de watervangbak en wordt daarna afgevoerd aan de zijkanten van de auto. Om de watervangbak goed leeg te kunnen laten stromen zitten er aan de linker- en rechterzijde enkele afvoergaatjes in de bak. Die kunnen door blad en vuil vrij gemakkelijk dicht gaan zitten. Het water kan dan niet meer uit de watervangbak stromen en zal in het motorcompartiment terecht komen. Dan is de kans groot dat er kostsluiting ontstaat. Dat heeft tot gevolg dat je auto volledig stopt of zich op een vreemde manier gaat gedragen. Maak daarom de wateropvangbak regelmatig schoon en prik de afvoergaatjes met een satéprikker door.
Veiligheid bij pech met slecht weer
Als je autopech krijgt bij slecht weer is je veiligheid des te belangrijker. Parkeer de auto daarom zo ver mogelijk rechts van de weg, zet de alarmlichten aan, verlaat de auto en ga op een beschutte plek staan. Vanaf daar kun je veilig contact opnemen met de alarmcentrale. Blijf nooit in de auto zitten bij slecht weer, want dan is de kans groot dat een andere bestuurder je auto niet of te laat ziet en er tegenaan rijdt.